NEA 2024 Tabellen – Sector onderwijs
Deze rapportage bevat tabellen met de resultaten van de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA). In de tabellen worden verschillende vergelijkingen gemaakt naar onderwijstype, functies in het onderwijs en naar opeenvolgende jaargangen van de NEA.
In Tabel 1 worden de volgende vergelijkingen gemaakt:
- Primair onderwijs en voortgezet onderwijs in vergelijking tot elkaar, in vergelijking tot het MBO, en in vergelijking tot alle andere werknemers in Nederland.
- Management, onderwijzend en overig personeel in vergelijking tot elkaar, binnen
respectievelijk het primair en het voortgezet onderwijs
Tabel 2 laat de trend zien van 2018 tot 2024, waarbij onderscheid is gemaakt naar onderwijstype, dat wil zeggen primair onderwijs, voortgezet onderwijs en MBO.
Op verzoek van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is de reguliere NEA steekproef sinds 2018 uitgebreid, zodat in de subsectoren primair en speciaal onderwijs en algemeen vormend voortgezet onderwijs naar verwachting 4.000 bruikbare responsen zou-den worden gerealiseerd. Deze respons is in de NEA 2024 gerealiseerd. De NEA 2024 omvat in totaal bijna 65.000 personen, waarvan (ongewogen) 5.667 uit het primaire onderwijs en 4.133 uit het voortgezette onderwijs. Het MBO is meegenomen als referentiecategorie en omvat 419 personen. Door weging wordt de NEA zo representatief mogelijk gemaakt voor de Nederlandse populatie.