Bij meertaligheid vaakst misverstanden in bouw, landbouw en industrie

Waar op de werkvloer collega’s meer dan één taal spreken, leidt dit volgens het merendeel van de werknemers (64%) vrijwel nooit tot misverstanden. In de landbouw en de industrie komt meertaligheid tussen collega’s relatief vaak voor. Ook komen misverstanden door meertaligheid daar relatief vaak voor, net als in de bouw. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) van het CBS en TNO.

In 2024 is voor het eerst gevraagd welke talen werknemers onderling op het werk spreken. Wanneer er tussen collega’s meerdere talen gesproken worden, is na Nederlands Engels met 23% de meest gesproken taal.

Vaakst misverstanden door meertaligheid in bouw, landbouw en industrie

Volgens ruim 1 op de 3 werknemers (36%) die te maken hebben met meer dan één taal op de werkvloer, begrijpt men elkaar niet altijd goed. In de bouw (49%), de landbouw (48%), en de industrie (46%) komen misverstanden door meertaligheid het vaakst voor. In het openbaar bestuur en het onderwijs leidt meertaligheid op de werkvloer het minst vaak tot elkaar niet altijd goed begrijpen: 20% en 23%.

Fouten in werk meest genoemde gevolg

Fouten in het werk of het werk niet goed uitvoeren doordat collega’s elkaar niet altijd goed begrijpen, is met ruim 10% het meest genoemde probleem door werknemers in bedrijven waar meerdere talen op de werkvloer worden gesproken. Daarnaast geeft 4% aan dat meertaligheid leidt tot gevoelens van buitensluiting. Ruim 1% zegt dat het leidt tot gevaarlijke situaties of ongelukken.

Misverstanden door taalverschillen met klanten

Ook misverstanden met klanten – dat kunnen ook patiënten, passagiers, ouders of leerlingen zijn – kunnen ontstaan door taalverschillen. Volgens 37% van de werknemers begrijpen klanten hen niet altijd goed, of begrijpen zij zelf de klanten niet altijd goed wanneer men met taalverschillen te maken heeft. Dit komt het vaakst voor in de zorg (50%), horeca (44%), handel (43%) en vervoer (42%). Bij 15% van de gevallen waarbij misverstanden door taalverschillen een rol speelden, werd het werk niet goed uitgevoerd. Ook leidden misverstanden door taalverschillen met klanten soms tot ruzie of conflicten (6%).

Ruim een derde van werknemers werkt op meertalige werkvloer

Van alle werknemers geeft 36% aan dat er meer dan één taal tussen collega’s wordt gesproken. Meertaligheid op de werkvloer komt het vaakst voor in de ICT (59%), industrie (57%), en landbouw (54%). Werknemers in het openbaar bestuur en de zorg geven dit met respectievelijk ruim 15% en 12% het minst vaak aan.

Relevante links

Toelichtingen

Behalve naar het gebruik van landstalen op de werkvloer is in de vraagstelling ook de mogelijkheid gegeven om aan te geven dat er een Nederlandse streektaal of dialect
wordt gesproken. Streektalen zijn in dit bericht niet meegenomen onder de aanname dat dit in veel mindere mate tot misverstanden leidt.

De vraagstelling in de enquête luidde als volgt:
De volgende vragen gaan over het gebruik van verschillende talen op het werk.
Welke talen gebruiken u en uw collega’s met elkaar op het werk? Het gaat om het dagelijks werk.
Met collega’s bedoelen we ook leidinggevenden, uitzendkrachten en stagiaires.
>>U kunt meerdere antwoorden kiezen.<<
Nederlands
Fries of een Nederlands dialect of streektaal
Engels
Duits
Frans
Spaans
Pools
Arabisch
Turks
Andere taal

De vraagstelling luidde als volgt:
Komt het weleens voor dat klanten u of uw collega’s niet goed begrijpen door taalverschillen? Of andersom: dat u of uw collega’s klanten niet goed begrijpen?
>>Klanten kunnen ook patiënten, passagiers, leerlingen of ouders zijn.<<
Ja, vaak
Ja, regelmatig
Ja, soms
Nee, (bijna) nooit