Alle hens aan dek

Niet-werkenden in beeld gebracht

Deze publicatie geeft onder meer antwoord op vragen als: welke groepen maken geen deel uit van de beroepsbevolking, terwijl ze daar potentieel wel toe behoren? Hoe groot zijn die groepen precies? Welke ontwikkelingen laten deze groepen zien? Deze vragen worden beantwoord met behulp van gegevens van CBS en TNO, afkomstig uit de Enquête Beroepsbevolking, de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden, het Sociaal Statistisch Bestand en de Werkgevers Enquête Arbeid.

In 2009 bestond de potentiele beroepsbevolking in Nederland uit bijna 11 miljoen mensen. Dit zijn alle inwoners van 15 tot 65 jaar. Hiervan behoorden ruim 7,7 miljoen mensen ook feitelijk tot de werkzame of werkloze beroepsbevolking. De overige 3,2 miljoen mensen werkten niet of minder dan 12 uur per week, wilden of konden niet (meer) werken of waren niet op zoek naar of beschikbaar voor een substantiele baan. Deze zogenoemde niet-beroepsbevolking staat centraal in deze publicatie.

Downloads